Categorieën
studie

kunsthalle dresden

voorjaar/najaar, studio RMIT, msc3/4,2006

Dresden, het Florance aan de Elbe, verwoest in 1945, opgebouwd in DDR tijd, na de ‘wende’ verder gebouwd met nieuwe opvattingen over stedenbouw en architectuur. In het wereld cultuurerfgoed in een bocht van de Elbe ligt het Groß Ostragehege. Ooit jachtterrein, beoogd stadspark, slachthuisterrein en nu grotendeels verlaten en aan haar lot overgelaten. Hier heb ik een stedenbouwkundig ontwerp gemaakt en één gebouw uitgewerkt, een kunsthal.
Het ontwerp voor deze kunsthal te Dresden is ingepast in het landschap en het slachhuisensemble. Dit is bereikt door een terughoudende sobere maar toch krachtige architectonische uitdrukkingen te gebruiken. De entree is verdiept om zo een toegang tot het gebouw te krijgen zonder het silhouet van het ensemble en de bestaande markhal niet te verstoren. Vanuit deze verdiepte entree is er een ondergrondse verbinding naar de markthal. Deze verbinding is voorzien van daklichten en doorkruist een patio om zo een goed verlichte prettige route te vormen. Het begin en het einde van deze ondergrondse verbinding zijn geaccentueerd door twee heldere volumes.
Het belangrijkste ruimtelijke element van de volume is een grote vide over de volledige hoogte van volume. In deze vide is een trap naar het begane grond niveau van de markthal en een expressieve trap naar de bovenste verdieping. De eerste blik in de markthal valt op de grote expositie ruime, deze staat in open verbinding met de verkeersruimte. De verkeersruimte is afgescheiden van de expositieruimte door de vloer van de expositie iets lager te leggen en de omzomen met trappen en zit gelegen heden.

Docenten: Lidy Meijers en Frank Koopman